'De grootste kracht van Van Delft is dat hij op geen enkele manier cynisch of vooringenomen staat ten opzichte van de wereld om hem heen. Waar vele kunstenaars lijken te verkrampen in hun verhouding met het onrecht en de tegenspraken in onze samenleving, zijn die voor Floris van Delft juist de natuurlijke bronnen voor zijn theater. Open en zonder terughoudendheid maakt hij theater over de wezenlijke thema's van deze tijd. Ook zijn enorme productiviteit valt op. Sinds zijn afstuderen tien jaar geleden, is hij al bij meer dan vijftig verschillende producties betrokken geweest. En gelukkig en terecht oogsten de laatste jaren de door hem geregisseerde voorstellingen opvallend veel succes. (...) Niet alleen valt Van Delfts grote productiviteit op, maar ook de vele verschillende vormen: hij maakt theater in de zaal, op locatie, voor jeugd en volwassenen. Het ene project, zoals Cash, is uitgesproken theatraal, het andere gebruikt het samenzijn van spelers en makers om een gesprek over de staatsinrichting los te maken, zoals in de voorstelling Dat Staat in Utrecht. Bovendien is Van Delft een maker die in al zijn verscheidenheid toch een eigen en uitgesproken signatuur heeft ontwikkeld (...) Met deze Erik Vos Prijs wordt een makerschap onderscheiden, dat zich niet zoveel gelegen laat liggen aan de kleine kringen van het theater en des te meer aan de grote wereld daarbuiten. Een regisseur die geëngageerd, warmbloedig en oprecht het theater niet als doel ziet, maar als een uniek middel om bij te dragen aan de versterking en verfijning van het sociaal weefsel in stad en land, terwijl hij ondertussen vele snaren bij het publiek weet te raken.”
Leonie Clement, Eve Hopkins, Tom Helmer, Steven Peters