‘Met de titel van haar eerste roman We zullen niet te pletter slaan verwees Nina Polak naar de romantische dichter Wordsworth. In haar tweede roman Gebrek is een groot woord refereert ze aan het bekende gedicht De Albatros van Charles Baudelaire, die zich identificeerde met het trotse beest dat zich de spot van verveelde zeelui moest laten welgevallen. De auteur is zich bewust van de literaire traditie, terwijl ze tegelijkertijd buitengewoon eigentijds is. In Gebrek is een groot woord laat Polak de 30-jarige Skip Nauta na zeven jaar vrijwillige ballingschap op zee terugkeren naar Amsterdam, om vanuit haar positie als buitenstaander alles en iedereen te observeren: de stad, een "zinkend museum" dat zich welhaast teweer moet stellen tegen de drommen toeristen die het zelf heeft aangetrokken, de nieuwe flitsende communicatievormen via whats’app en chats, de geliefde van destijds met wie nog niet alles over en uit is, en het echtpaar dat haar net als toen onderdak verleent, maar dit keer zonder haar daar de gewenste geborgenheid bij te bieden. Nina Polak roert veel aan, en weet het midden te bewaren tussen ironie en ernst (…). Ze weet humor en zwaarte te combineren, laat verschillende stemmen horen en roert thema’s als liefde, rouw en hechting aan in een overtuigende proeve van sprankelend schrijverschap’. (fragment juryrapport)
Nina Polak won ook de Publieksprijs